Spoorzone

De westgrens van de middeleeuwse stad

Kraagkandelaar

Het gaat om een kandelaar die gedateerd kan worden in het einde van de 16e of begin van de 17e eeuw. Het is vervaardigd uit messing of geelkoper (een legering van zuiver koper met zink) en is gemaakt in de Noordelijke of Zuidelijke Nederlanden. Dit type heet een kraag- of schijfkandelaar vanwege de lekbak halverwege de kandelaar. Deze wordt ook wel kraag word genoemd. 

De kandelaar bestaat uit twee gegoten en afgedraaide delen en is daardoor te dateren vóór de tweede helft van de 17e eeuw. Na deze tijd werden de kraagkandelaren namelijk vervaardigd uit vier gegoten delen. Tijdens het schoonmaken van deze mooie vondst bleek de kandelaar echter te bestaan uit drie delen. Hoe kon dit nu? 

Reparatie

De kandelaar zou uit twee delen moeten bestaan: een bovenste deel dat loopt tot de kraag en een onderste gedeelte van de kraag tot de voet. Bij deze kandelaar zat er nog een breukvlak tussen de voet en de stam. Na een grondige inspectie werd de reden ervan duidelijk. Het gaat hier namelijk om een zeer goed uitgevoerde reparatie. Waarschijnlijk is de voet op een bepaald moment beschadigd geraakt en vervangen. Men heeft de voet van de stam afgezaagd en er een voet van eenzelfde type kandelaar opgezet. Het geheel is weer vastgezet met een centrale pen die geklonken werd onder aan de voet.

De reden van deze reparatie is niet zo moeilijk te verklaren. Rond het begin van de 17e eeuw was een kandelaar van dit type een voorwerp dat niet voor iedereen was aan te schaffen. Het vertegenwoordigde een zekere waarde. Als dit voorwerp kapot ging of beschadigd was gooide men het niet zomaar weg. Het kon worden verkocht om weer omgesmolten te worden, maar in dit geval is gekozen om het te repareren. Het is echter om een bepaalde reden toch in de beerput beland en gelukkig hebben we het kunnen redden uit de vergetelheid. Het verschaft ons een beter inzicht hoe de mensen tegen bepaalde goederen aankeken en waarde hechtten aan (alledaagse) voorwerpen.